Museum voor Schone Kunsten





De geschiedenis van het Museum voor Schone Kunsten van Charleroi is in de eerste plaats de geschiedenis van een openbare verzameling. Jules Destrée (1863-1936) was de drijvende kracht achter de wens om een kunstcollectie aan te leggen voor de stad Charleroi.
Charleroi, gesticht in 1666 door Karel II, koning van Spanje, was oorspronkelijk een militair bolwerk. Deze bescheiden stad profiteerde van de aanwezigheid van de Samber, die een gunstige verbindingsweg vormde voor haar ontwikkeling. Het werd een belangrijk centrum van de Europese industrie dankzij de steenkoolwinning, metallurgie en glasblazerij. De culturele ontwikkeling van de stad verliep echter trager. Pas in 1780, met de oprichting van een tekenschool door Pierre-Balthazar de Blocq, kwam de artistieke activiteit echt op gang. François-Joseph Navez, een belangrijke figuur in de Belgische schilderkunst, was een van de eerste leerlingen.
Deze culturele dynamiek versnelde in de 20e eeuw met de oprichting van de Académie des Beaux-Arts in 1946, het Palais des Expositions in 1954 en het Palais des Beaux-Arts in 1956. De kunstbeurzen, die in 1911 door Jules Destrée werden georganiseerd in het kader van de Internationale Tentoonstelling van Charleroi, speelden ook een belangrijke rol in het onder de aandacht brengen van lokale kunstenaars zoals Navez en Paulus.
Op dat moment kreeg het idee om een museum op te richten vorm. Destrée wilde een tentoonstellingsruimte creëren voor de collectie die in 1889 was gelanceerd door het Comité Navez, dat de stad een buste van de schilder had geschonken door de beeldhouwer Jean Hérain, die nog steeds deel uitmaakt van de collecties.
Het museum komt op de tweede verdieping van het nieuwe stadhuis van Charleroi, een laat art-decogebouw ontworpen door de architecten Jules Cézar en Joseph André dat in oktober 1936 werd ingehuldigd. In die tijd bestond de collectie uit vijftig werken die op afspraak toegankelijk waren.
In de jaren 1980 werden de deuren permanent voor het publiek geopend en werden er tijdelijke tentoonstellingen georganiseerd. De collecties werden uitgebreid door aankopen, schenkingen en depots, en werden verrijkt met werken die voorheen in de voormalige gemeenten van Groot Charleroi en het voormalige Musée Destrée werden bewaard.
Omdat de tentoonstellingsruimte in 2007 niet meer voldeed aan de veiligheidsnormen, werden de werken verplaatst naar een andere locatie in het Paleis voor Schone Kunsten, waar ze tot 2019 zullen blijven.
Het Museum voor Schone Kunsten van Charleroi heropende zijn deuren op 17 december 2022 in een volledig heringerichte omgeving: de voormalige Defeld-stallen. Dit historische gebouw uit 1887 werd zorgvuldig heringericht op een oppervlakte van 2080 m², verdeeld over drie verdiepingen, waardoor de collecties van de gemeente een nieuwe vitrine krijgen en een legitieme zichtbaarheid. De eerste verdieping is gewijd aan de permanente collecties, terwijl op de begane grond tijdelijke tentoonstellingen worden gehouden. Het museum ligt in het hart van een gemoderniseerde site, verrijkt door een seintoren van zestig meter ontworpen door Jean Nouvel, en weerspiegelt de dynamische stedelijke en architecturale transformatie van de stad Charleroi.
Het Museum voor Schone Kunsten van Charleroi onderscheidt zich door zijn wens om open, levendig en voor iedereen toegankelijk te zijn. Sinds zijn oprichting heeft het museum ernaar gestreefd kennis en educatieve waarden door te geven, een doelstelling die centraal blijft staan in zijn project. Het bevordert het collectieve geheugen en richt zich in de eerste plaats op een lokaal publiek, terwijl het tegelijkertijd een universele aanpak hanteert.
De openbare collectie, die diep geworteld is in de regionale geschiedenis, behandelt sociale, politieke en culturele kwesties die relevant zijn voor de wereld van vandaag. Met dit in gedachten fungeert het museum ook als een etalage voor kunstenaars. Vrouwelijke kunstenaars, die lange tijd onzichtbaar waren, hebben nu een rechtmatige plaats aan de muren van de permanente collecties en in tijdelijke projecten.
Het museum fungeert als een permanent cultureel forum dat de nadruk legt op inclusie en toegankelijkheid, ongeacht de leeftijd, afkomst of sociale achtergrond van de bezoekers.
De bezoeker staat centraal in het project van het museum. Iedereen, ongeacht leeftijd of achtergrond, wordt uitgenodigd om in contact te komen met de werken door middel van innovatieve bemiddelingsinstrumenten, contemplatieve ruimtes en interactieve apparaten. Plekken zoals de Agora bieden een plek om te stoppen, na te denken of gewoon te ontspannen, wat het idee van een levend, gastvrij museum versterkt.
Door verleden, heden en toekomst te combineren, bevestigt het Museum voor Schone Kunsten van Charleroi zijn rol als belangrijke culturele speler, die zowel verankerd is in zijn tijd als gericht op de realiteit van de wereld.